‘Jakob brak jonge takken van populieren, amandelbomen en platanen en schilde ze zo dat het wit van de takken in strepen bloot kwam. Die afgeschilde takken legde hij in de drinkbakken… Steeds als de sterke geiten bronstig werden, legde Jakob de takken vlak voor de ogen in de drinkbak, zodat ze bij de takken besprongen zouden worden. Maar was het zwak vee, dan gebruikte hij de takken niet. Zo kreeg Laban de zwakker dieren en Jakob de sterke. ‘